Willy Segers

Burgemeester

Resultaten vierde Taalbarometer Brussel: er is goed en slecht nieuws…

De taalbarometer is een onderzoek van taalsocioloog Rudi Janssens en BRIO (VUB) naar het taalgebruik van de Brusselaars. Voor deze vierde taalbarometer werden ongeveer 2.500 Brusselaars bevraagd. 

Amper zestien procent van de Brusselaars zegt van zichzelf dat ze goed of uitstekend Nederlands spreken: dat is een daling in vergelijking met de vorige taalbarometers. Dezelfde trend geldt ook voor het Frans. De kennis van het Engels is dan weer toegenomen. 

Goed nieuws: het gebruik van het Nederlands neemt toe …

Van de bevraagde Brusselaars gebruikt de helft het Nederlands op de werkvloer, dertig procent bij het winkelen. Ook het percentage Brusselaars voor wie Nederlands een gebruikstaal tussen buren is, neemt toe 25 procent.

“Het belang van het Nederlands neemt toe”, stellen de onderzoekers. “Ook het aantal gezinnen die het Nederlands als thuistaal hebben stijgt licht en verjongt.”

En het slechte nieuws: de kwaliteit van de NL taalkennis daalt …

Dat de kennis van het Nederlands gedaald is, heeft volgens de onderzoekers verschillende verklaringen. “Zo daalt het Nederlands bijvoorbeeld door de sterke instroom van nieuwe inwoners die van Brussel de voorbije jaren een superdiverse, kosmopolitische en meertalige stad hebben gemaakt.”

Ook in het Franstalig onderwijs in Brussel daalt de kennis van het Nederlands. Net geen acht procent van de leerlingen uit het Franstalig onderwijs vindt dat ze voldoende Nederlands kennen, blijkt uit de taalbarometer.

Mijn bedenkingen bij deze vierde Taalbarometer:

Tijdens de vorige legislatuur bespraken we ook de resultaten van de vorige Taalbarometers. Het wordt tijd om dringend om tussen de verschillende aanbieders van het onderwijs een en ander te evalueren. Want de cijfers die prof. Janssens ons vandaag aanreikt, zijn niet denderend te noemen. Ik kijk dan ook graag specifiek naar de cijfers uit hoofdstuk 4 waar hij het onderwijs benaderd.

Tijdens de vorige legislatuur luidde het nog we moesten geloven in de kracht van het NL-talig onderwijs en er zoveel mogelijk anderstaligen moesten in opnemen. Jammer dat toenmalig collega Luckas Vander Taelen er nu niet meer bij is – hij was een van die ‘believers’ – want wat zien we? Over een periode van meer dan 10 jaar zijn tienduizenden anderstalige Brusselse kinderen zowel in het NL-talig onderwijs in Brussel als in de Vlaamse Rand terechtgekomen.

Je zou dus mogen verwachten hiervan positieve resultaten te zien in de latere Taalbarometers, zoals ons vandaag een gepresenteerd werd. Niets is dus minder waar! Die tienduizenden leerlingen gebruiken duidelijk die opgedane kennis van de Nederlandse taal niet in hun thuisomgeving, hun vriendenkring, hun sport- of vrijetijdsbeoefening… Dat vind ik een schrijnende vaststelling!

Temeer omdat die overvloedige aanwezigheid van anderstalige kinderen in ons NL-talig onderwijs intussen ook heel wat andere problemen met zich meebrengt. Niet in het minst omdat het een kwaliteitsdaling van dat onderwijs veroorzaakt, ook voor NL-talige kinderen. Ook dàt blijkt nu uit de resultaten van deze vierde Taalbarometer!

Maar als nu ook blijkt dat die opgedane kennis van het Nederlands niet leidt tot een toename van het algemeen gebruik van het Nederlands in Brussel, dan denk ik dat we moeten vaststellen dat we compleet verkeerd bezig zijn. Net zoals collega Karl Vanlouwe roep ik minister Gatz dan ook op om dringend met zijn Brusselse collega’s overleg te plegen omtrent deze resultaten. Ik zal hetzelfde doen bij minister Crevits om dit met haar tegenhanger bevoegd voor onderwijs in Brussel op te nemen.

E-MAIL

Scroll naar boven